N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Taring Padi Het Indonesische kunstenaarscollectief Taring Padi veroorzaakte ophef bij de Documenta 2022. „We gaan het gesprek aan in andere landen en culturen, om samen tot de kern van te komen: naar meer solidariteit streven via kunst.” Een verhaal aan de hand van vier kunstwerken.
‘Als je het over geweld hebt, dan is dat erg persoonlijk voor ons”, vertelt Alexander Supartono, een van de leden van het Indonesische kunstenaarscollectief Taring Padi. Hoewel het collectief – dat zijn naam ontleent aan zoiets als het vlieslaagje van rijst dat bij harde wind een klein krasje op je huid achterlaat – al 25 jaar bestaat, waren ze in Europa niet erg bekend. Tot vorige zomer, toen hun metershoge kunstwerk People’s Justice het middelpunt van discussie werd tijdens het vijfjaarlijkse kunstevenement Documenta in Kassel. Op het twintig jaar oude, recent gewraakte kunstwerk was de macht afgebeeld in karikaturen van politici, militairen, politie en bankiers waarmee de machten werden gesymboliseerd die het Soeharto-regime (financieel) hadden gesteund. Tussen die karikaturen zaten twee uitgesproken antisemitische afbeeldingen: een Israëlische soldaat met varkenskop en het woord ‘mossad’, en een man met rattentanden die ‘SS’ op zijn hoed had staan.
Het werk werd verwijderd, het collectief bood publiekelijk excuses aan op de website van Documenta en benadrukte dit in een interview met de Duitse krant Die Zeit, maar voor sommigen was dat onvoldoende. Het aftreden van de Documentadirecteur werd geëist, zij stapte op, en Duitse politici en journalisten lieten zich om beurten uit over het schandaal.
Het aanbieden van excuses was ook niet genoeg voor Taring Padi zelf. „Woorden zeggen te weinig”, stelt Supartono, die namens het collectief spreekt. In Framer Framed, het Amsterdamse platform voor kunst en cultuur waar nu een tentoonstelling te zien is met werk van Taring Padi (zonder het gewraakte werk uit Kassel) praten we aan de hand van enkele van hun kunstwerken over de achtergrond, de doelstellingen en wat het collectief deed na de excuses.
1. Mereka Yang Tanggung Jawab (Zij die verantwoordelijk zijn, 2000)
„We begonnen als collectief in december 1998 met zo’n tien tot vijftien studenten uit voornamelijk Yogyakarta. Vanaf het begin af aan ging het ons om thema’s als vrijheid van godsdienst, gendergelijkheid, anti-kapitalisme en antimilitarisme. Met undergroundgroepen protesteerden we tegen het excessieve geweld van militairen, en corrupte politici.
„Op dit werk draait het om de gebeurtenissen van 1965, toen er na de mislukte staatsgreep een ‘anticommunistische zuivering’ plaatsvond, waarna generaal Soeharto aan de macht kwam. In dat jaar zijn één miljoen mensen vermoord. Die hebben we verbeeld in het midden, met het massagraf. Die genocide komt vaker terug in ons werk. Zeker in de beginjaren ging het meeste werk van ons over de terreur van Soeharto (1921 – 2008). We willen dat mensen niet vergeten wat er toen is gebeurd en ze bewust maken. Er is nu wel meer openheid over, maar op scholen wordt er nog steeds gezwegen over 1965, het woord genocide valt niet eens.
In 1965 zijn één miljoen mensen vermoord. Dat zit in veel werk
„De context van ons werk is altijd politiek, en is meestal verbonden met de acties of demonstraties op straat. Er is dus een direct doel verbonden aan wat we maken. Bij deze vroege werken en de demonstraties waarin we meeliepen was ons doel het voor de rechter slepen van Soeharto – dat is helaas niet gelukt. Het doek Adili Soeharto dan Para Jenderalnya (2000) is gekoppeld aan dit vroege werk, en de titel in vertaling is: Sleep Soeharto voor de rechtbank.
„Er is nooit iemand verantwoordelijk gehouden voor wat er in 1965 is gebeurd en nabestaanden hebben nooit compensatie gehad. Dat is absurd. De huidige president Joko Widodo had in zijn campagne aangegeven dat hij erop zou toezien dat mensenrechten gerespecteerd worden, en hij zou kijken naar de genocide van 1965. Het is bij de belofte gebleven, er is niets veranderd. De kans is klein dat zijn opvolger dat wel gaat doen. We vrezen dat bij de volgende presidentsverkiezingen volgend jaar een conservatievere politicus zal winnen.”
2. Wayang Kardus (kartonnen poppen, 1998 – 2022)
„Onze kartonnen poppen gebruiken we eveneens bij demonstraties. Ze verlevendigen de demonstraties, zijn gemakkelijk te dragen en ze zijn te gebruiken als schild wanneer er wapenstokken aan te pas komen. Vaak gooien we ze na gebruik weer weg, soms bewaren we ze.
„De poppen die je hier ziet hebben tijdens de Documenta in Kassel honderd dagen buiten gestaan – dat lukte dankzij de harde laklaag. De poppen maken we op basis van het thema van de demonstratie. Zo is deze hier voor de Papoea-vrijheidsbeweging, waarbij we meegaan in de kritiek dat hun gebied wordt geëxploiteerd, dat het volledig wordt leeggehaald omwille van de grondstoffen. In ons werk gaat het vaker over protest tegen de mijnbouw, vaak schilderen we een cirkel met treintjes onder de grond. Die cirkel staat symbool voor exploitatie in het algemeen.
„Tot nu toe is er geen censuur, we kunnen ons uiten zoals we willen, zolang je maar niet de profeet Mohammed afbeeldt. Geen enkele kunstenaar zal nu zo aangepakt worden zoals dat gebeurde tijdens het regime van Soeharto. Aanvankelijk begonnen we als collectief uit vrees dat we als individuen makkelijker opgepakt konden worden. Later bleek dat een goed besluit: het voorkomt dat er sprake is van hiërarchie en formaliteiten. En kunstenaarscollectieven zijn hier gebruikelijk.
„Met [het eveneens Indonesische] kunstcollectief Ruangrupa, dat de Documenta in Kassel inrichtte, hadden we tot 2022 weinig contact. Zij zijn anders dan wij, stedelijker ingesteld, meer gericht op het experiment en het conceptuele in de kunst, en minder politiek georiënteerd. Dat heeft ook met onze verschillende achtergronden te maken. Zij hebben een achtergrond van de hogere middenklasse. Onze leden hebben ouders die boeren zijn of in de lagere middenklasse werkten. Mijn vader bijvoorbeeld was een gewone politieagent.
„We vrezen nu voor een toename van censuur in de toekomst, vooral van islamitische fundamentalisten, die zich steeds meer verbinden aan conservatieve politieke partijen. Ze zien Taring Padi als een bedreiging, alleen al omdat we in ons werk de geschiedenis onder de loep nemen, maar ook omdat we voor gendergelijkheid staan en ons – ook in onze muziek – met punk associëren. Dan ben je meteen een atheïst in hun ogen.
„We hebben een studio moeten verlaten omdat we workshops en discussies organiseerden waarin we ons solidair toonden met de LHBTQ+-beweging. Ze vernielden onze studio, vernietigden onze werken. Het gevolg was dat we weg moesten, ook al hadden we de huur drie jaar vooruit betaald. De omwonenden waren bang voor de repercussies van militante moslimgroepen.
„Een van onze leden is in 2002 door een fundamentalist vermoord. Als het om geweld gaat, is dat voor ons dus ook zeer persoonlijk. Naast deze moord zijn er genoeg van ons zo hard geslagen dat littekens nog zichtbaar zijn. Sommigen hebben een tijd vastgezeten. We bevechten de moslimfundamentalisten niet, maar vechten voor onze ideeën. Bij verkiezingen bijvoorbeeld drukken we altijd posters af. Die zijn niet aan een partij gelieerd, maar promoten waarden als tolerantie of roepen op tot respect voor de ander.”
3. De levende erfenis van koloniaal geweld (2023)
„Zoals je ziet, wordt aan deze nog gewerkt. Hij is speciaal voor deze expositie hier opgehangen, bezoekers mogen er aan bijdragen. We willen hier ingaan op de Nederlandse historische context.
„Sinds Documenta gaan we vooral in gesprek met groepen uit het land waar we tentoonstellen, om meer duidelijkheid te krijgen over de culturele context. In Amsterdam kom je dan uit op de koloniale geschiedenis, waarover we hebben gesproken met verschillende Indonesische gemeenschappen die in Amsterdam wonen, zoals de Molukse en Papoea-gemeenschap. We spraken over hoe zij hun leven hier ervaren en kwamen uit op de evolutie van koloniaal geweld. In het midden zie je een VOC-schip, je ziet de genocide van J.P. Coen op de Banda-eilanden, maar ook hoe geweld zich in de eeuwen daarna ontwikkelde, tot op de dag van vandaag.
We vechten tegen onrecht. Dat staat centraal voor ons
„De slogan ‘People’s Jusctice’ die je ziet staan, verwijst niet naar het werk in Kassel, maar is een frase die op veel werk van ons is terug te vinden. Het is de leus die centraal staat voor ons. We vechten tegen onrechtvaardigheid. Het werk in Kassel bevatte twee antisemitische figuren, en dat vinden we heel erg. Wat we in Kassel hebben ervaren was echter anders dan we in de media zagen gebeuren. De ellende kwam van de pers. Op onze plek in Kassel kwamen dagelijks bewoners en bezoekers langs, en dan kregen we de vraag: ‘Zijn jullie van Taring Padi?’ Ze vertaalden als we dat wilden wat er in de Duitse pers over ons gezegd werd, en vonden het erg dat er zo over geschreven werd. We kregen zelfs cupcakes van iemand om ons op te vrolijken.
„Dat gezegd hebbende, was het voor ons natuurlijk ook een les. We zijn bij elkaar gaan zitten en stelden ons de vraag: wat is hier gebeurd, hoe kan het dat we er geen moment bij hebben stil gestaan dat die twee figuren antisemitisch waren en waarom zijn we zo naïef?
„We ontdekten hoe weinig kennis we hadden van de Joodse geschiedenis, en de herkomst van de iconografie. Daarnaast hadden we te weinig zicht op de progressieve Joodse gemeenschap, die net als wij vechten voor solidariteit en rechtvaardigheid. We boden onze excuses aan voor de gang van zaken, maar dat was wat ons betreft niet genoeg. We concludeerden dat we hen willen leren kennen en van hen willen leren. ”
4. Retomar Nossa Terra / Rebut Tanah Kita (Het land terugeisen, 2023)
„We moesten meer doen en tot actie overgaan. We gingen praten met Joodse gemeenschappen om meer te horen over de geschiedenis. Met de Joodse gemeenschap Casa do Povo in Brazilië zijn we gaan samenwerken. Ze hadden begrip voor wat er gebeurd was, en ze vonden ons niet antisemitisch. We zijn naar hen toegegaan, leerden veel van ze, ook over hun geschiedenis.
„Zo kwamen we tot de conclusie dat we door elkaars culturen te leren kennen we meer solidariteit kunnen tonen in ons werk, en dat we elkaar ook beter kunnen helpen in die strijd om meer solidariteit.
„Dit werk is het resultaat van die samenwerking. We maakten het met Casa do Povo, de Landless Workers’ Movement of Brazil (MST) en Framer Framed. Je ziet de gemeenschappelijke belangen en we hebben het werk gezamenlijk ondertekend.
„In de optocht zie je onder meer een Joodse, communistisch leider in Sao Paulo tussen andere Indonesische en Braziliaanse leiders voor meer mensenrechten. Want dat is wat wij van Documenta hebben geleerd: de strijd voor meer gelijkheid moet internationaal gevoerd worden, niet individueel.”
Lees ook: Deze Documenta heeft gefaald in het zoeken van de dialoog